![]() |
|
Spanje is een verrassend en avontuurlijk fietsland. Voorbij het voortwoekerende beton van lawaaiige costa's schuilt een verademing van ruige bergen met rondcirkelende gieren, knalrode papavervelden, adembenemende rotskloven, zinderende hoogvlaktes, kleine vestingstadjes met soms imposante middeleeuwse burchten, fraaie staaltjes Moorse bouwkunst en vooral verkeersluwe wegen zoals wij die ons alleen nog van vroeger herinneren. Kortom Spanje leent zich door zijn grote afwisseling en klimatologische variatie in ieder jaargetijde voor ontdekkingstochten op de fiets.
De grillige en stenige hoogvlakte van El Maestrazgo, het natuurlijke bastion van de ridders van Montesa die in de veertiende eeuw te paard ten strijde trokken tegen de Moren, is ontegenzeggelijk zwaar terrein voor fietsers. Als de weg bovendien over vele kilometers is opgebroken om deze prachtige, nauwelijks bezochte streek, beter toegankelijk te maken voor de zegeningen van het toerisme, is er sprake van echt afzien. Er zijn in de bovenste helft van Spanje natuurlijk ook oorden waar het gewoon comfortabel fietsen is. Neem nou Mallorca; in het vroege voorjaar, als bij ons de krokussen met moeite hun kopjes boven de sneeuw uitduwen, hèt fietsparadijs voor trainingskampen of voor lekker ontspannen toertochten. Het fijnmazige wegennet is kwalitatief het beste van het hele Iberische schiereiland. Het prachtige oude cultuurlandschap van de centrale vlakte wordt doorsneden door heerlijk golvende weggetjes die door stenen muurtjes worden omzoomd, vol met gele en violette akkeronkruiden. De westelijke kustweg tot aan de noordkaap is sterk geaccidenteerd en vooral bij de Col de Puig Major, het ravijn van Sa Calobra en Cabo Formentor ronduit spectaculair. Op een uur fietsen van Teruel rijd ik over een volkomen verlaten weg het onbeduidende Gea d'Albarracin uit. De uitlopers van de Sierra d'Albarracin doemen op en rechts van de weg verrijzen loodrechte okergele rotswanden. Om me heen klinkt het klaaglijke geluid van rondfladderende grijze gorzen. Links ligt een vers omgeploegde akker van roodbruine aarde tussen de ruisende populieren en recht vooruit kijk ik uit over een gigantisch veld dieprode papavers die het felle rood van mijn fietstassen volkomen doen verbleken. Wanneer ik vergeefs probeer de zee van klaprozen goed voor de lens te krijgen, verbreekt een oude passerende boer de betovering met de opmerking: "U bent al de tweede Hollander op de fiets dit jaar" Het wordt nog druk onderweg.
Bergfietsers komen het meest aan hun trekken in de Picos d'Europa. Hoewel dit uit drie massieven bestaande gebergte niet door asfalt wordt doorsneden is de bijna 200 kilometer lange weg er omheen ronduit schitterend en doorkruist een paar van de mooiste rotskloven van Europa. De Desfiladero de los Beyos waar het klaterende water soms nauwelijks door een slechts handbrede spleet te zien is, is de spectaculairste. De Picos zijn ook een eldorado voor mountainbikers. Binnen de massieven liggen nog een paar middeleeuws aandoende gehuchten die uitsluitend over onverharde wegen te bereiken zijn. Verder naar het westen in Asturië zijn de bergen minstens zo ruig en verregaand ongerept met grote jachtreservaten waarin wolven, lynxen, bruine beren en veel ander groot wild huist. Slechts mijnbouw bederft hier en daar het landschap. De kust is hier op wat aardige vissersplaatsjes na, een stuk minder interessant. Wel heel mooi is de Baskische kustweg met name tussen Orio en Zumaia en Deba en Lekeitio. Ook tussen Hendaye en Zarautz is de kust fraai, als tenminste de zeer pittige route over de Monte Jaizkibel en Monte Igeldo wordt gevolgd. Overigens kan het binnenland nogal tegenvallen; er is relatief veel industrie zodat zelfs op de kleinere provinciale wegen het vrachtverkeer hinderlijk aanwezig is.
![]() |
|
![]() Klimmen en dalen Met een gemiddelde hoogte van 800 meter is Spanje een land van bergen en hoogvlaktes. Dat betekent voor fietsers, of je het leuk vindt of niet, veel klimwerk, ook als hoofdzakelijk de kustlijn wordt gevolgd. Het aantal hoogtemeters dat per 100 kilometer moet worden overwonnen kan variëren van 500 à 600 meter op de Meseta (De centrale hoogvlakte, bijv. rond Burgos) tot 1000 en zelfs 1700 meter in de bergachtige streken als El Maestrazgo, Sierra de la Demanda, het Cantabrisch kustgebergte (bijv. Picos d'Europa) en zeker ook de Montes Vascos ofwel Baskische bergen. De gemiddelde stijgingspercentages daarentegen komen zelden boven de 5 à 6%, met uitzondering van weer die Baskische bergen, waar in het binnenland veel wegen verrassend steil zijn! Wegen en verkeer Met uitzondering van de kleinste weggetjes zijn in Baskenland de wegen uitstekend. Verreweg het fraaiste wegenstelsel heeft echter Mallorca. Ook in Catalonië zijn de wegen zeer behoorlijk, hoewel soms hobbelig. In Aragon, Castilië, Rioja, Asturië, Cantabria en Navarra wisselt de kwaliteit van goed tot behoorlijk beroerd met gaten en kuilen. De verkeersintensiteit is het grootste in Baskenland (ook grote delen van het binnenland!) en het noorden van Catalonië. De wegen langs de kust zijn vrijwel zonder uitzondering druk. Sommige "nacionales" hebben geen vluchtstrook en zijn daardoor gevaarlijk voor fietsers. Andere zijn tot vierbaans autowegen uitgebouwd . Als het geen tolweg betreft en als er geen verbodsborden staan, kan hier, bij gebrek aan een alternatief, in de vluchtstrook worden gefietst. Vervoer Fietsbussen rijden in het seizoen op Catalonië en Baskenland. Uitstappen in Catalonië en weer opstappen in Baskenland hoort tot de mogelijkheden! Een fietsbus nemen naar Frankrijk tot vlak aan de Spaanse grens kan natuurlijk ook. Gevlogen kan worden op bijvoorbeeld Barcelona. Accommodatie Spanje telt slechts zo'n 1000 campings die voornamelijk aan de kust zijn te vinden en relatief behoorlijk aan de prijs zijn. In het binnenland zijn weinig campings. Wild kamperen is echter geen enkel probleem en wordt soms zelfs officieel aangemoedigd op daarvoor gereserveerde terreinen in natuurgebieden. Een verbod op wild camperen geldt soms in de nabijheid van officiele campings. (Sierra de la Demanda, Picos d'Europa e.d.) Een goed alternatief voor (dure) hotels vormen de hostals (een soort eenvoudige hotelletjes), pensiones, fondas (herbergen) of habitaciones (kamers bij particulieren). Jeugdherbergen zijn er ook, maar de meeste zijn enkel in de twee zomermaanden open en bovendien vaak voor groepen gereserveerd. Fietsverhuur en reparatie In toeristische gebieden en sommige berggebieden (Pyreneeën, Picos) kunnen mountainbikes worden gehuurd. In het wielermekka Baskenland is in bijna elk dorp wel een fietsenmaker. In Asturië, Cantabrië en Catalonië zijn, met name in de grotere steden, ook nog wel goed gesorteerde fietsenmakers te vinden. In het echte binnenland ben je doorgaans op garages en soms brommerwerkplaatsen aangewezen. Kaarten Zie voor de meest geschikte kaarten in het menu de button Fietskaarten en dan onder Spanje. ![]() |
|
![]() |
Terug ![]() |