Heerlijk is het om te pedaleren langs een weids meanderende rivier met nu eens links dan weer rechts imposante kalkrotsen gekroond door middeleeuwse burchten die als adelaarshorsten de vallei overzien. Het knapperige notentaartje tijdens de oerhollandse koffiepauze verrukt evenzeer, waarna voor de afwisseling geen druipsteengrot maar een van de vele prehistorische grotten met indrukwekkende rotsschilderingen bij Les Eyzies-de-Tayac aan de beurt is voor een tussenstop. 's Avonds in het feeëriek verlichte middeleeuwse pronkjuweel Sarlat smaakt in Restaurant du Lion d'Or de "omelet au truffe" en de met notenolie bereide salade goddelijk. De Dordogne is, om maar eens een paar clichés op te poetsen, wielerparadijs, cultuur- en natuurhistorisch eldorado èn koninkrijk voor de lekkerbek tegelijk.

Périgord en Quercy; zo noemen de Fransen met gevoel voor traditie nog steeds de twee streken in zuidwest Frankrijk die tegenwoordig goeddeels samenvallen met de departementen Dordogne en Lot. In Nederland en België hebben we het gemakshalve over de Dordogne, een gebied in de westelijke uitlopers van het Massif Central dat hoofdzakelijk bestaat uit kalkplateaus of "causses" begroeid met immergroene eikebossen en doorsneden door diepe rivierdalen. 
De landelijke departementals op de causses behoren tot de rustigste binnenwegen van Frankrijk. Het zijn echter de pittoresk kronkelende valleien van Lot, Célé, Vézère, Auvézère, Isle, Dronne en Dordogne die al vanaf het stenen tijdperk worden bewoond en hedentendage de fietsroutes par excellence opleveren. Zo zijn er in het zuiden tussen Figeac en Cahors prachtige tochten over relatief vlakke wegen te maken door de kronkelende loop van de Célé of de Lot simpelweg te volgen. Behalve de historische stadskernen van Figeac en Cahors zijn hier vooral St. Cirq-Lapopie en de prehistorische grotten van Pech-Merle bezienswaardig. Ook verder naar het westen tot Puy-l'Evêque levert de Lot nog fietsplezier. 
Het uiterste noorden van de Dordogne, de Périgord Blanc met door krijtrotsen wit tot grijs gekleurde bodems boven Périgeux, is het minst toeristisch. Een mooie route hier is het rivierdal van de Dronne van St. Pardoux via de hoofdstad van de truffel Brantôme naar Ribérac.
Centraal in Périgord en Quercy slingeren de Dordogne en haar zijrivier Vézère zich door het oeroude landschap. Het is in de Vézèrevallei en vooral rond Les-Eyzies-de-Tayac dat het grootste aantal prehistorische schuilholen en grotten te vinden is, in ouderdom varirend van 40.000 tot 10.000 jaar en met de grotten van Lascaux als beroemdste. Voor publiek zijn deze laatste grotten al jaren niet meer toegankelijk door de schade die waterdamp en koolzuur de schitterende rotsschilderingen toebrachten. Bij Les Eyzies is in Lascaux 2, een replica te bezichtigen. 
De spectaculairste vallei om te fietsen is ontegenzeggelijk de Dordognevallei die stroomopwaarts van Bergerac tussen Lalinde en Souillac de meeste allure heeft, maar ook in het aangrenzende departement Corrèze bij Argentat nog schitterende kloven laat zien.

Souillac, uitstapplaats van zowel fietsbus als fietstrein, is een levendige en populaire verblijfsplaats met hotels, campings, restaurants, fietsenmakers en fietsverhuur. Door zijn gunstige ligging vormt het een ideale uitvalsbasis voor heerlijke tochten langs de Dordogne, naar Rocamadour, Sarlat of gewoon het binnenland in. 
Twee van die fraaie dagtrips -de eerste pittig, de tweede vlakker met drie afsnijmogelijkheden en dus geschikt voor jong en oud- willen we de lezers van dit magazine niet onthouden.

Route 1 Rocamadour, 61 kilometer, 550 meter hoogteverschil

Karakteristiek:
Hoe populair de Dordognevallei onder Nederlandse fietsers is blijkt bij de metalen brug ter hoogte van het 14e eeuwse kasteel La Treyne waar een bord in het Frans, Engels en Nederlands gebiedt tot afstappen wegens bandbrede kieren in de lengterichting. Na een kort en pittige klimmetje naar het kasteel van Belcastel dat hoog en droog de samenloop van Ouysse en Dordogne beheerst volgt een afdaling tot bij de druipsteengrotten van Lacave gevolgd door een lange klim tussen kalkgraslanden vol orchideeën naar Rocamadour. Het uitzicht vanaf l'Hospitalet op het tegen de rotswand gestapelde bedevaartsoord Rocamadour is ronduit verbluffend. Rocamadour trok al in de middeleeuwen tienduizenden pelgrims per jaar en is etappeplaats op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. 
Tip: neem een slot mee en laat de fiets achter op de parkeerplaats vanwaar trappen of een lift naar de stad leiden. 
De rustige groene weg terug vertoont nog tweemaal een flinke oprisping voor Payrac waarna via het slaperige Lamothe-Fénelon weer de oevers van de Dordogne worden bereikt. Notenbomen langs de weg, wiekende zwarte wouwen boven het water en bokkenorchis, aangebrande orchis en hondskruid in de berm bepalen het laatste deel van deze fietstocht.


Route 2 La Roque-Gageac, 75km, 400 meter hoogteverschil

Karakteristiek:
De zuidoever van de Dordogne is voor zo'n toeristische streek aangenaam verkeersarm en heuvelt slechts licht. Pas bij Veyrignac loopt het duidelijk op. Op het kerkhof dat in de afdaling links van de weg ligt staan merkwaardige glazen huisjes. Direkt na een bruggetje kronkelt een stil weggetje omhoog tot zo'n 220 meter, de enige serieuze klim op deze route. Na het oversteken van de Dordogne wordt op de andere oever La Roque-Gageac bereikt voorafgegaan door steile kalkrotsen en groene weilanden met populieren omzoomd. Aan de overkant van het water waakt de versterkte nederzetting of "bastide" van Domme over de vallei. La Roque-Gageac is qua ligging ongetwijfeld een van de meest pittoreske plaatsen aan de Dordogne met een hoog Anton Pieck gehalte. De terugweg is wat drukker, maar de schitterende meander bij het kasteel van Montfort, de Cingle de Montfort, compenseert dat ruimschoots. Dit kasteel werd tot driemaal toe tijdens de honderdjarige oorlog tussen de Engelsen en Fransen (1337-1453) verwoest en steeds weer herbouwd. Even verderop liggen een 12e eeuws Romaans kerkje en een oude wasplaats tegenover elkaar en hangen de kalrotsen haast als een afdak over de weg. Een tiental soepel lopende kilometers verder wordt Souillac weer bereikt.
Tip: s' Morgens vroeg is het op de weg het rustigst en is de aanblik van de vallei met oplossende mistflarden boven het water waar het zachte gefilterde zonlicht doorheen speelt onvergetelijk.

Verzorgde fietsvakanties
Er zijn meer aanbieders van fietsvakanties in de Dordogne dan hier opgenoemd kunnen worden. Een kleine greep: France Individuelle, OAD/Cycletours, Aktiva Tours, Eigen-Wijze Reizen, Sindbad, Arke en Keta-France, waarvan de reizen op laatstgenoemde na ook bij de Fietsvakantiewinkel geboekt kunnen worden. Zie verder ook de 3 in 1 mini-advertenties in de zaterdagbijlages van Volkskrant, Parool en Trouw en de Fietsvakantiebeurs en Fietsvakantiebeurs in het voorjaar.
  
Fietstrein en Fietsbus
Een speciale Fietsslaap expres vanaf Den Bosch via Maastricht naar de Dordogne en de Languedoc rijdt in de maanden juni tot en met september. Brive, Souillac, Cahors, Toulouse en Narbonne zijn de uitstapplaatsen. Vanaf Hemelvaart tot half september gaan er fietsbussen naar de Dordogne. Informatie en boekingen bij de de Fietsvakantiewinkel.
  
Fietsverhuur
Op de meeste grotere stations zoals Cahors, Souillac, Périgeux, Sarlat, Bergerac, Les Eyzies en Lalinde worden fietsen verhuurd. Naast vele particuliere verhuurders zijn er bovendien tientallen campings in de Dordogne waar fietsen variërend van daagse fietsen tot mountainbikes door de campinggasten gehuurd kunnen worden.
  
Kaarten 
Aan de Michelinkaarten 75 en 79 heb je als fietser genoeg. De IGN kaarten van de serie verte schaal 1:100.000 nrs 47, 48, 56 en 57 geven hoogtelijnen en wat meer detail en zijn daarom prima als aanvulling.
  
Onderdak
De Dordogne is een waar kampeerparadijs. Het gelijknamige departement Dordogne alleen al telt ruim 213! geregistreerde campings en meer dan 100 aires naturelles en campings à la ferme ofwel "groene" campings en boerderijcampings. Veel van deze terreinen zijn "kindvriendelijk". Raadpleeg de officiële gids van de FFCC, in Nederland verkrijgbaar in de reisboekhandel.
In de departementen Lot en Dordogne zijn vele tientallen gîtes d'étape, vergelijkbaar met de trekkershutten in Nederland en België. Lijsten zijn verkrijgbaar bij de plaatselijke VVV's; een compleet overzicht biedt het handboek "Gîtes et refuges de France" van uitgeverij Cadole en verkrijgbaar bij de reisboekhandel. Chambres d'hotes (bed & breakfast), huisjes of appartementen op het platteland voor langer verblijf (gîtes ruraux) en hotels (bijvoorbeeld de middenklasse hotels van de organisatie Logis de France) zijn er eveneens te kust en te keur; ook hiervan zijn diverse overzichtsgidsen in de gespecialiseerde boekhandel te vinden.