Ondanks de geringe hoogte van amper 1150 meter kan deze beklimming zonder moeite de vergelijking met Alpe d'Huez aan. Het totale hoogteverschil is met 1084 tegen 1050 meter vrijwel identiek. Het gemiddeld stijgingspercentage (hier gemeten vanaf Covadonga) is met 7,2 tegen 8,4% aanzienlijk lager, maar daar staat tegenover dat de klim veel onregelmatiger is en de steile stukken zeer veel steiler zijn met maxima van liefst 18%! Een doorsnee trimmer heeft minimaal 39-28 nodig. De tocht naar boven is gelukkig niet alleen moordend zwaar, maar vormt beslist ook een van de mooiste bergritten die in Spanje te maken zijn. Dat weten de gemotoriseerde toeristen en busondernemingen natuurlijk ook en in het seizoen is er dus vanaf een uur of 10, 11 's morgens een voortdurende stroom verkeer op de smalle bergweg
De vlakke aanloop verraadt niets van de verschrikkingen die komen gaan. Door een breed dal fietst het ontspannen langs kleine boerderijen met typische "horreos", de op poten gezette houten maisschuurtjes die de oogst tegen ratten moeten beschermen. Pas anderhalve kilometer voor het befaamde heiligdom van Covadonga moeten de bergverzetten worden aangesproken. Op deze mythische plaats wordt in een grotkapel de beschermheilige van Asturië, La Virgen de Covadonga "La Santina", vereerd en ook bevindt zich hier het heilige graf van koning Pelayo. Iets verder van de hoofdweg ligt een niet erg fraaie basiliek, die in 1901 werd voltooid. Dè bedevaartsdag is jaarlijks op 8 september; de dag van de Virgen de Covadonga.
Het gaat nu meteen met meer dan 10% door het bos omhoog en het vlakt pas wat af bij de eerste haarspeldbochten. Zo'n 5 kilometer na Covadonga volgt een werkelijk afschuwelijke passage van 12% gemiddeld, waaraan geen eind lijkt te komen. De lange rechte weg volgt steil omhoog een kale rotswand en biedt geen enkel psychologisch steuntje in de vorm van een vlak stuk, een lekkere haarspeldbocht of een ander richtpunt. Pas bij de Mirador de la Reina is een plat gedeelte om even bij te komen. De vallei van de Onis is vanaf dit schitterende uitzichtspunt te overzien. Interessant is verder dat zich hier vlakbij een centrale, omheinde voederplaats voor gieren bevindt waar de herders uit de omgeving kadavers naar toe brengen. Door een indrukwekkende rotsenchaos klimt het wat minder heftig door naar het volgende uitzichtspunt dat neerkijkt op het Lago de Enol. Elk jaar op 25 juli vindt rondom het meer van Enol het Fiesta del Pastor, een groot herdersfeest plaats. Het is er dan ongelooflijk druk.
De laatste honderden meters vallen mee en zonder al te grote verdere inspanningen wordt het tweede bergmeer bereikt, La Ercina, dat in een prachtig hooggebergte-decor temidden van groene alpenweiden ligt. Hier kan op het terras van een welverdiend drankje worden genoten.
Wielerhistorie
Voor de Vuelta (Ronde van Spanje) heeft Lagos de Covadonga dezelfde magische klank die Alpe d'Huez heeft voor de Tour de France. Sinds 1983 vormt de aankomst tussen de twee beroemde bergmeren Enol en La Ercina regelmatig de afsluiting van de koninginnerit van de ronde. Meest illustere winnaar is zonder twijfel Lucho Herrera die in 1987 èn 1991 zegevierde en in 1987 trouwens ook de ronde won. In 1992 won Pedro Delgado met op 39 seconden de latere rondewinnaar Tony Rominger op de tweede plaats. Gert-Jan Theunisse finishte als 10e op 2.42. De laatste beklimming dateert uit 1997 toen de Rus Pavel Tonkov zegevierde voor Alex Zülle op 18 seconden en Jose Maria Jimenez op 24 seconden. In 2000 is Lagos de Covadonga na een afwezigheid van twee jaar weer in het routeschema opgenomen.

|